Veilig sporten is ook van nazorg naar voorzorg

 

Soms kunnen toevallige ontmoetingen en vragen van mensen die je amper kent, leiden tot zelfreflectie en bevestiging. Naar aanleiding van het onderzoek van NOS Stories waaruit bleek dat met name jonge vrouwen zich wel eens minder op hun gemak voelen in fitnessclubs, werd ik tijdens het boodschappen doen in een supermarkt staande gehouden door een buurtgenoot die ik wel van gezicht ken, maar niet van naam. Laat ik hem Tom noemen. Tom had NOS Stories ook gezien en vroeg mij of het niet merkwaardig is dat er in de fitnessbranche nog geen verhalen zijn van misbruik of seksuele intimidatie zoals we die van andere sporttakken wel kennen.

Ik was in eerste instantie verbaasd over die vraag. ‘Hoe bedoel je’, vroeg ik hem. ‘Nou’, reageerde Tom, ‘er sporten miljoenen mensen in al die clubs. De hele samenleving is er vertegenwoordigd, dan zou het toch ook logisch zijn dat alle problemen die zich in de samenleving voordoen ook in de fitnessclubs gebeuren. Maar ik hoor niets van dat soort zaken’. Hij klonk bijna teleurgesteld. Ik begon zijn punt beter te begrijpen. Ja, dat klopt, met een achterban van 4 miljoen mensen is de hele samenleving vertegenwoordigd in onze sector. Maar, besef ik heel goed, de uitwassen die we kennen van andere sporten speelden zich daar met name af in de talentontwikkeling en topsport. Dat soort ´onderdelen´ kennen we binnen de fitnessbranche amper tot niet. In onze sector sporten en bewegen mensen veelal omdat ze een doel hebben, bijvoorbeeld gezonder leven, afvallen, sterker worden of meer sociale contacten.

Onze sector biedt ze daarvoor een veilige sportomgeving. Veilig moet je in dit geval ook zien als sociaal veilig. Het zit in het DNA van fitnessclubs om oog te hebben voor waarden en normen, en daar ook beleid voor te ontwikkelen. Bijvoorbeeld met vertrouwenspersonen. Sterker nog, als je lid wilt worden van NL Actief word je als club ook op dat soort onderdelen langs de meetlat gelegd. Met andere woorden: we proberen het juist voor te zijn. Dat is een gevoel en verantwoordelijkheid die we in de branche delen.

We claimen al jaren dat we de vitaliteitsbranche van Nederland zijn en dat we van nazorg naar voorzorg moeten, omdat de zorgkosten anders onbetaalbaar worden. Dus meer investeren aan de voorkant om mensen fitter en vitaler te krijgen en houden (preventief), zodat we aan de achterkant minder hoeven te herstellen (curatief). Populair gezegd: meer bewegen en gezonder eten, en minder medicijnen. Zo kijken we ook naar sociale veiligheid: voorkomen is beter dan genezen. Daarom pleit NL Actief al langer voor een centraal landelijk meldpunt, zodat we tijdig kunnen anticiperen op zaken die het imago van onze branche zouden kunnen bezoedelen. De branche voelt dat als haar verantwoordelijkheid, als onderdeel van een veilige sportomgeving. En ik vind iedere sporter die zich in een fitnessclub niet op zijn gemak voelt er één teveel.

Tom keek me overdonderd aan. Van nazorg naar voorzorg, mompelde hij en liep weg. Zo´n antwoord had hij niet verwacht. Maar daar gaat het wél om. Vitaliteit is voor mij ook sociale veiligheid. Dat regelen we samen, aan de voorkant. Daar staan we als professionals in onze sector gezamenlijk voor aan de lat.

Ronald Wouters
Algemeen directeur NL Actief

​Reageren?